De klant sloot in 2001 een zogeheten Euriplus Hypotheek met een looptijd van dertig jaar. Daarbij is een Euribor-tarief afgesproken voor twaalf maanden vast. De rente is daarbij gebaseerd op het op dat moment geldende 12-maands Euribor-tarief met daarbij een vaste opslag van 1,10 procent per jaar. De klant heeft de mogelijkheid om de 12-maands rente onder voorwaarden te herzien, waarbij de bank bij omzetting uitsluitend administratiekosten in rekening brengt.

Nieuwe voorwaarden van toepassing?

In het najaar van 2022 wilde de klant zijn 12-maands Euribor-rente omzetten naar de gunstiger 1-maands Euribor-rente. Tot zijn verbazing meldde WestlandUtrecht Bank in de offerte dat een variabele opslag van 2,8 procent van toepassing is. Tevens werd gemeld dat de man met het accepteren van het voorstel geen rechten meer kan ontlenen aan de gemaakte afspraken in 2001.

Klant wil blijven switchen

De klant beklaagde zich bij de dochter van ING over de uitleg die WestlandUtrecht geeft aan de gemaakte afspraken. Hij meent dat hij desgewenst kan blijven switchen tussen de Euribor-tarieven en rentevastperioden, waarbij de aanvankelijk overeengekomen voorwaarden bij het Euribor-rentecontract weer gelden als hij terugswitcht van rentevast naar Euribor.

Bank respecteert wel overeengekomen opslag

De man kwam er niet uit met de bank en stapte naar de geschillencommissie van Kifid. Daar gaf de bank al snel aan wel de overeengekomen vaste opslag van 1,1 procent te willen respecteren. Echter, wil ze er niet aan dat de klant wanneer hij dat wil na een rentevastperiode kan switchen naar een Euribor-rentecontract met behoud van de aanvankelijk overeengekomen voorwaarden.

Tekst voor tweeërlei uitleg vatbaar

De geschillencommissie is het niet eens met de bank. De tekst in de overeenkomst uit 2001 en de daarbij horende informatiebrochure blijken voor tweeërlei uitleg vatbaar. En in dat geval gaat de lezing die het gunstigste uitpakt voor de consument voor die van de bank, zo oordeelde de geschillencommissie in een bindende uitspraak. In lijn met eerdere contra proferentem- uitspraken, zoals van eind juni, waarbij verzekeraar Unigarant het onderspit delfde.

Bovendien had de bank eventuele misverstanden kunnen voorkomen door in het clausuleblad of de informatiebrochure op te nemen dat bij het omzetten naar een rentevastperiode de afspraken behorende bij het Euriplus-rentecontract komen te vervallen, dan wel dat bij het terugkeren naar een Euriplus Rente de bank nieuwe afspraken mag maken.