Zorgplicht blijft achter bij portefeuilleoverdracht

Zorgplicht blijft achter bij portefeuilleoverdracht

Een intermediairbedrijf kan niet worden aangesproken op de zorgplicht van een kantoor waarvan alleen de portefeuille is overgenomen. Dat oordeelt klachteninstituut Kifid in een recente uitspraak.

De klacht gaat over een hypotheek die begin 2001 door een echtpaar is gesloten via bemiddeling door Rijnland Hypotheken en Verzekeringen. Aan de lening van ruim € 95.000 wordt een Meegroeiverzekering van ABN Amro verbonden. In de voorwaarden staat: "De verzekering keert alleen uit bij het in leven zijn van de eerste verzekerde (de man, red.) op de einddatum van de polis." Begin 2014 overlijdt de man. De vrouw doet gezien de polisvoorwaarden zonder succes een beroep op de Meegroeiverzekering.

Alleen activa overgedragen

Daarover dient de vrouw eind dat jaar een klacht in bij de bank en in 2015 ook bij Bob Oudshoorn Hypotheken in Leiden, die inmiddels de portefeuille van Rijnland heeft overgenomen. De vrouw wil uitkering van het volledige belegde vermogen op de Meegroeiverzekering zijnde € 28.000. Rijnland heeft volgens haar de zorgplicht niet betracht door het echtpaar in de precontractuele fase niet volledig en voldoende duidelijk te informeren en adviseren over de nadelige gevolgen van de verzekering in de situatie dat de man zou komen te overlijden. Als zij daarvan op de hoogte was geweest, had ze de verzekering niet afgesloten. Er was dus geen wilsovereenstemming en de overeenkomst is nietig, zo betoogt de vrouw.
Oudshoorn acht zich niet verantwoordelijk voor het advies van Rijnland, omdat alleen de activa van het bedrijf zijn overgedragen in 2011.

Niet ontvankelijk

De geschillencommissie gaat in op de vraag of Oudshoorn kan worden beschouwd als rechtsopvolger van Rijnland en dus kan worden aangesproken op het advies. "Uit artikelen 3.1 en 4.1 van de koopovereenkomst volgt dat Rijnland uitsluitend de activa, te weten de hypotheek- en verzekeringsportefeuille, heeft overgedragen aan aangeslotene. Voorts volgt uit artikel 4 lid 4 van de koopovereenkomst dat potentiële vorderingen van crediteuren van de verkoper betreffende handelingen van de verkoper verricht vóór de overdrachtsdatum voor rekening van de verkoper blijven."
Daarom is er geen sprake van rechtsopvolging voor de verplichtingen, oordeelt Kifid. De vrouw is niet ontvankelijk in haar klacht tegen Oudshoorn.

Lees ook de blog van Coen Fledderus over dit onderwerp.

Rob van de Laar

Rob van de Laar

redacteur AM

Onderwerpen beheren

Mijn artikeloverzicht kan alleen gebruikt worden als je bent ingelogd.