In juli 2015 wendde de klant zich tot De Hypotheker omdat hij zijn woning wilde verbouwen en daarvoor zijn hypothecaire lening wilde verhogen. Gelet op de waarde van de woning bleek de gevraagde verhoging niet mogelijk. De adviseur heeft daarom de klant geadviseerd een persoonlijke lening af te sluiten. Een week later is het zover en sluit de consument via De Hypotheker een persoonlijk lening van € 15.000.
De klant komt echter in verzet tegen de advieskosten van € 1.500 die De Hypotheker in rekening heeft gebracht en eist deze terug. Hij wijst erop dat De Hypotheker niet gerechtigd is om bij een persoonlijke lening rechtstreeks advieskosten in rekening te brengen. Ook zou hij niet specifiek hebben gevraagd om een verhoging van zijn lening maar slechts hebben gevraagd naar de mogelijkheden om zijn verbouwing te financieren.
Uitzondering op basis van artikel 152 Bfgo
De Hypotheker erkent in haar verweer dat het op grond van de Wft niet toegestaan is om bij kredietbemiddeling kosten rechtstreeks in rekening te brengen bij de klant. De hypotheekwinkel verwijst echter naar artikel 152 Bgfo waarin staat dat voor hypothecair krediet een uitzondering mag worden gemaakt. De door de consument betaalde vergoeding had volgens De Hypotheker geen betrekking op het advies om een persoonlijke lening af te sluiten, maar op het oorspronkelijke verzoek van de consument om advies over het verhogen van zijn hypothecaire lening.
Te verrichten werkzaamheden
Kifid gaat in haar uitspraak niet mee in deze redenering en verwijst naar het Dienstverleningsdocument dat de klant was voorgehouden. “ In het Dienstverleningsdocument staat onder het kopje ‘Wat is uw vraag’ dat Consument op zoek was naar de beste manier om de woningverbetering te financieren. Dat is in overeenstemming met wat Consument verklaart. Dat Consument specifiek om een verhoging van zijn hypothecaire lening heeft verzocht blijkt hier niet uit. Voorts is in het Dienstverleningsdocument onder de te verrichten werkzaamheden opgenomen dat, nu een hypotheek niet past op basis van de waarde van de woning en de kosten van een verhoging bovendien hoog zijn, De Hypotheker adviseert een persoonlijke lening af te sluiten. Vervolgens staat vermeld dat voor de genoemde werkzaamheden, derhalve het advies over het afsluiten van een persoonlijke lening, Consument een vergoeding betaalt van € 1.495,”
Hieruit blijkt volgens Kifid dat de vergoeding die De Hypotheker in rekening heeft gebracht wel degelijk betrekking had op het advies over een consumptief krediet. “Omdat De Hypotheker daarvoor - naar mag worden aangenomen - al door [Financiële instelling] is beloond, was deze vergoeding niet toegestaan. De Commissie is daarom van oordeel dat De Hypotheker de ontvangen vergoeding aan Consument dient terug te betalen.”