'Beste' letselschade-expert 10 maanden de cel in en kwart miljoen armer

'Beste' letselschade-expert 10 maanden de cel in en kwart miljoen armer

Een letselschadebemiddelaar die claimde een recorduitkering te hebben geregeld, draait voor 14 maanden de cel in en moet bovendien ruim 250.000 euro terugbetalen aan twee klanten. Met valse salarisstroken probeerde hij ASR voor drie ton te tillen.

'Ervaar de waarde van de beste', liet hij ooit op zijn auto zetten. Dat was in 2019, toen de Enschedeër naar eigen zeggen 'de hoogste letselschade-uitkering ooit' had losgeweekt voor een aangereden chauffeur. Die kreeg acht ton toegewezen.

Lang kon de letselschade-expert niet de blits maken met zijn zelfbedachte record, want al snel trokken vakgenoten aan de bel die wisten dat er weleens hogere bedragen waren uitgekeerd. Maar de bestickering op de auto bleef zitten, want het was mooi wel de hoogste uitkering "in vergelijkbare zaken", zo stelde de man.

Letselschade in eigen zak gestoken

Op dat moment telde het klantenbestand van de expert ook twee mensen die al jaren wachtten op een toegezegde schade-uitkering. Bovendien deed ASR in 2015 al aangifte tegen hem wegens een dubieuze vordering. Het OM startte daarop een strafzaak tegen hem, die in 2021 voor de rechter kwam.

Samen met zijn broer had hij valse arbeidsovereenkomsten en valse salarisstroken gebruikt om ASR een schadevergoeding van driehonderdduizend euro te laten betalen, zo luidde de verdenking. Van twee klanten had hij respectievelijk 210.000 euro en vijftigduizend euro aan letseluitkeringen verdonkeremaand.

Broer fictief in dienst genomen

Hoe ging de expert te werk? Bij ASR diende hij in 2013 een loonregresvordering in voor zijn broer. Die zou in 2011 bij hem in dienst zijn getreden als manager, maar aan de arbeidsovereenkomsten (waaronder een nul-urenovereenkomst voor onbepaalde tijd) en de salarisspecificaties zat een luchtje. Zo was er een arbeidsovereenkomst gesloten voordat de betreffende BV was opgericht en bleek het bedrijf bovendien een eenmanszaak.

Daarnaast zou de broer, voor wie de letselschadevergoeding was overgemaakt, in eerste instantie zelf de eigenaar van de BV zijn geweest. Verder gebruikte de fraudeur niet-bestaande loonheffingsnummers. Reden voor ASR om aangifte te doen.

Tijdens het onderzoek bleek een uitkering van 210.000 euro van Delta Lloyd, bestemd voor een letselschadeslachtoffer, weggesluisd. Op dezelfde manier verdween ook een uitkering van vijftigduizend euro van Aegon in de zakken van de expert.

Merkwaardig betalingsbewijs

De rechter hechtte in 2021 geen waarde aan twee betalingsbewijzen en een getuigenverklaring van een stagiair. "Uit het procesdossier volgt immers dat verdachte al in februari 2017 bij de politie heeft verklaard dat het volledige bedrag aan [de cliënt] zou zijn betaald. De 'betalingsbewijzen' die verdachte ter zitting aan de rechtbank heeft overhandigd dateren van 2 mei 2016 en 1 maart 2017 en bevatten een handtekening en vingerafdruk van aangever (aldus verdachte). Op deze ‘betalingsbewijzen’ is vermeld dat er een contante betaling van respectievelijk € 112.500 en € 87.500 euro aan [de cliënt] heeft plaatsgevonden."

"Als dit daadwerkelijk het geval was geweest, is dit niet in overeenstemming met de door verdachte bij de politie afgelegde verklaring. Immers zou dan in februari 2017 niet het hele bedrag, maar nog maar € 112.500 zijn betaald. Dit is op zijn minst opmerkelijk te noemen. Volstrekt onaannemelijk is bovendien dat een letselschadebemiddelaar dergelijke bedragen contant uitkeert aan een cliënt, zoals verdachte stelt, en ten bewijze daarvan een handgeschreven betaalbewijs opstelt welke niet alleen ondertekend wordt, maar voorts voorzien van (volstrekt ongebruikelijk) een vingerafdruk in inkt."

Nog actief in letselschadebranche

Dat de vijftigduizend euro niet is verduisterd omdat de bemiddelaar op het moment van storten geen toegang meer had tot de bankrekening, gaat er bij de rechter ook niet in: de BV is later pas opgeheven en het bedrag is bovendien gestort op de zakelijke spaarrekening. De rechter legde een gevangenisstraf van veertien maanden op, mede gelet op de opmerking van de bemiddelaar dat hij van plan was om wederom een vordering in te dienen bij ASR, maar dan van minstens zes ton.

Ook bleek hij in 2011 en 2012 al te zijn veroordeeld wegens oplichting. "Hij schermt met het vele contante geld dat hij in zijn bezit zou hebben en de nog hogere claim die hij namens zijn broer wil indienen bij ASR. Het baart de rechtbank grote zorgen dat hij nog actief is in de letselschadebranche en zelfs mensen daarin opleidt."

De benadeelde slachtoffers kregen in totaal € 276.000 aan schadevergoeding toegewezen.

Opzettelijk betrokken

Voor het hof betoogt de bemiddelaar in het hoger beroep dat hij slechts onzorgvuldig is geweest. Maar het hof oordeelt dat hij samen met zijn broer nauw was verweven met diverse ondernemingen binnen het letselschadebureau. Daarnaast had hij als letselschadebemiddelaar een leidende rol bij het vaststellen van de letselschade van zijn broer. Bovendien bracht hij schadestaten in met een opgave van loonschade. "Het hof leidt daaruit af dat het niet anders kan zijn dan dat verdachte daarbij kennis heeft genomen van de onderliggende arbeidsovereenkomsten en salarisspecificaties, die naar zijn zeggen ook door of namens hem zijn aangeleverd aan ASR."

Als werkgever heeft hij ook de valse opgestelde nul-urenovereenkomst ondertekend. "Het hof concludeert dan ook dat verdachte samen met [zijn broer] in zijn hoedanigheid van letselschadebehandelaar opzettelijk betrokken was bij het opstellen en gebruikmaken van een valse arbeidsovereenkomst."

"Door onder de gegeven omstandigheden eveneens valse salarisstroken over de periode januari 2012 tot mei 2013 en een valse arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd van 1 mei 2011 te (doen) overhandigen aan ASR, zonder zich daarbij te verzekeren van de juistheid van die documenten, is het hof van oordeel dat verdachte minst genomen bewust de aanmerkelijke kans heeft aanvaard op het gebruikmaken van die valse stukken. De stelling van de raadsman dat verdachte slechts onzorgvuldig is geweest deelt het hof dus niet."

Celstraf deels voorwaardelijk

De letselexpert krijgt onder meer ook geen gehoor voor zijn bewering dat de uitkering van Delta Lloyd was afgewezen door zijn cliënt. Die had zelf een dergelijke verklaring moeten ondertekenen in opdracht van de expert zelf en ging later bij Delta Lloyd aan de bel trekken toen zijn uitkering niet werd overgemaakt. Hij had tot dan toe slechts tweemaal vijfhonderd euro aan contanten in zijn hand gekregen van de expert.

Het hof komt tot dezelfde conclusie als de rechtbank, maar bepaalt dat van de veertien maanden celstraf er vier voorwaardelijk zijn, omdat de behandeling van de zaak onredelijk lang heeft geduurd. De te betalen schadevergoeding aan de twee cliënten pakt met 259.000 euro iets lager uit dan bij de rechtbank.

Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, 29 januari 2025

Rob van de Laar

Rob van de Laar

redacteur AM

Onderwerpen beheren

Mijn artikeloverzicht kan alleen gebruikt worden als je bent ingelogd.