De klager en een van zijn broers - hierna broer Y - sloten in 2004 een AOV af bij De Goudse, beiden met als verzekerd beroep transportondernemer. De derde broer - hierna broer X - sloot later dezelfde verzekering voor zijn beroep van chauffeur. Hij betaalde aanzienlijk minder premie dan zijn broers, waarna de consument en broer Y twee keer voor een andere AOV bij De Goudse kozen. Waar ze in 2013 respectievelijk 2.828 en 2.723 euro per jaar betaalden, bedroeg dat in 2020 voor beiden nog 1.844 euro. Broer X betaalde al die tijd 2.075 euro.
Uitleg van De Goudse
Een jaar later wilde de klagende broer uitleg van De Goudse over het premieverschil. Hij vroeg de verzekeraar hoe zijn premie en die van broer Y hoger kan zijn geweest dan die van broer X. De Goudse legde uit dat broer X een andere verzekering had. Namelijk 'Zelfstandig verzekerd' in plaats de 'Ondernemers-AOV' zoals de andere broers. Tussen beide producten zit een tarief- en dekkingsverschil. Daarnaast is er sprake van combinatietarief, aldus de toelichting.
Klager wil premierestitutie
In 2020 wijzigde De Goudse de tarieven voor de Ondernemers-AOV. Deze tariefstelling bleek voor de consument en broer Y gunstiger te zijn dan hun huidige verzekering. De Goudse laat weten dat er daarom in overleg met de broers is voor gekozen om de bestaande verzekeringen te beëindigen en nieuwe verzekeringen op te maken. Toch verwijt de klager zijn verzekeraar dat hij jarenlang meer premie heeft moeten betalen voor dezelfde verzekering als broer X. Hij wil premierestitutie over de periode 1 januari 2012 tot 11 december 2020.
Premie meermaals geaccepteerd
"Uit het dossier maakt de commissie op dat de consument in de periode 2004 tot en met 2020 meermaals de door de verzekeraar aangeboden arbeidsongeschiktheidspremie tegen een bepaalde premie, heeft geaccepteerd", zo is in de Kifid-uitspraak te lezen. Daarnaast vindt de commissie dat De Goudse wel degelijk transparant is geweest over de premie. Volgens Kifid bestaat er alleen recht op premierestitutie als een verzekeraar niet dezelfde premie vraagt voor verzekerden in dezelfde situaties en met dezelfde verzekeringsproducten.
Ander verzekeringsproduct
De commissie stelt vast dat de consument en broer Y sinds 2014 al een ander verzekeringsproduct hebben dan broer X. Daarnaast benadrukt Kifid dat de verzekeraar niet verplicht is om een verzekerde er tussentijds op te wijzen dat er een nieuw product op de markt is dat voordeliger voor hem is, tenzij de verzekerde hier expliciet naar heeft gevraagd. Dit kon de consument niet bewijzen. Het advies is niet bindend.