Zeven jaar geleden ontdekte de man scheuren in zijn huis. De aannemer, die het huis in 2007 had gebouwd, noemde het ‘krimpschuren die ontstaan door het zetten van het huis’. In 2020 was de eigenaar het zat en schakelde hij zelf een ingenieursbureau in om de oorzaak van de scheuren te achterhalen. Deze expert concludeerde dat er sprake was van een constructiefout. Daarop trok de man aan de bel bij verzekeraar Achmea. Die stelde echter dat de verjaringstermijn van drie jaar voorbij was en wees de claim van bijna 13.000 euro af. Volgens de verzekeraar had de man meteen in 2013 moeten en kunnen checken of deze schade werd gedekt door zijn woonverzekering.
Kifid: Eigenaar moest in elk geval in 2017 actie ondernemen
De Geschillencommissie van Kifid was het met die verjaringstermijn van de verzekeraar niet eens, omdat de huiseigenaar in 2013 steeds door de aannemer werd gerustgesteld. Er leek dus geen aanleiding om de woonverzekering in te roepen. Er was echter in 2017 een nulmeting omdat er naast zijn huis een nieuw huis gebouwd werd. Bij die nulmeting had de man volgens Kifid wel actie moeten ondernemen, omdat op de foto’s horende bij de nulmeting was te zien dat de scheuren inmiddels van het plafond tot aan de vloer liepen. “Uit de foto’s in het rapport blijkt immers dat de scheuren op dat moment niet als normale krimpscheuren konden worden aangemerkt. Op de foto’s zijn ernstige scheuren te zien, die op dat moment zeker aanleiding hadden moeten zijn voor de consument om contact op te nemen met de verzekeraar. Dat het gaat om een nulmeting die niet in opdracht van de consument is gedaan, maakt niet uit. Uit het rapport blijkt dat er gebreken vastgesteld zijn”, zo verweerde Achmea zich ook bij Kifid.
Op de foto’s zijn ernstige scheuren te zien, die op dat moment zeker aanleiding hadden moeten zijn voor de consument om contact op te nemen met de verzekeraar”
Kifid is het hiermee eens en stelt dat de verjaringstermijn ingaat in 2020. Omdat die termijn met zes maanden was verstreken, bleek de man alsnog te laat met zijn claim en is de vordering van bijna 13.000 terecht afgewezen. De uitspraak is bindend.