Wat is er aan de hand? De Geschillencommissie van het Kifid behandelde vorige week twee zaken tegen Direktbank. Daarin was sprake van een voor 14 juli 2016 gesloten hypotheek. De consumenten wilden die tussentijds wijzigen na die datum. Kifid stelde vast dat er getoetst moest worden aan de regels die golden voor 14 juli 2016.
Verwarring
Dat leidde tot verwarring, onder andere in de reacties op am:web. Had de AFM immers niet bepaald dat de regels zouden gelden voor zowel nieuwe als ouder hypotheken? In een blog op de eigen site schreef Jeroen Wolfsen van Moneywise over dit verschil van inzicht tussen Kifid en AFM en het nadeel dat dit voor klanten zou kunnen betekenen. Later lichtte hij dat toe bij BNR.
Civiel recht
Maar van verschil van inzicht is geen sprake, zegt zowel Kifid als AFM. “Een hypotheekovereenkomst valt onder het civiel recht”, legt Kifid-woordvoerder Marie-Christine Reusken uit. “In het Burgerlijk Wetboek staat dat je tussentijds de spelregels van een afgesloten overeenkomst niet kunt wijzigen. Wij toetsen daaraan en zien dat naar die regels is gehandeld. Daarnaast geven we aan dat als getoetst zou zijn aan de AFM-leidraad, de bank zich ook aan de regels heeft gehouden. Maar onze juridische grond is het civiel recht. De AFM-leidraad is administratief recht.”
Geen tegenstelling
“Er is geen tegenstelling, de regels waarop de AFM toeziet gaan verder”, bevestigt AFM-woordvoerder Nicole Reijnen. “Wij hebben bevoegdheden gekregen om aan te geven wat een hypotheekverstrekker maximaal in rekening mag brengen bij een vervroegde aflossing. Die berekening geldt bij hypotheken van zowel voor als na de ingangsdatum van de wetgeving. Hypotheekverstrekkers hebben ook gezegd dat ze zich daaraan zullen houden. In de uitspraken van Kifid was de opmerking over die datum ook niet meer dan een zijnotitie. Het was niet de kern van het probleem.”
Leidraad omarmd
Dringt zich wel de vraag op hoe de Geschillencommissie zou oordelen als een bank zich niet aan de AFM-leidraad heeft gehouden, maar wel aan het civiel recht. “Dat is een als-danredenering die ik nu nog niet kan invullen”, zegt Reusken, die vermoedt dat dit in de praktijk nauwelijks zal voorkomen.
Dat benadrukt ook Reijnen. “Het komt vaker voor dat als iemand naar de burgerlijke rechter stapt, er andere regels gelden. Maar deze casus zal niet voorkomen, want dan riskeren verstrekkers een boete of een aanwijzing. Ze hebben verklaard te leidraad te volgen. Consumenten kunnen met die leidraad in de hand ook naar hun geldverstrekker stappen om te zeggen dat ze duidelijkheid willen over de boeteberekening.”
Geen schade
Tot nadeel voor consumenten zal het dus niet leiden als hypotheekverstrekkers zich houden aan de regels van de toezichthouder, zegt Reijnen. In de twee zaken tegen Direktbank besloten beide consumenten overigens om het rentecontract uiteindelijk niet open te breken. Er is dus uiteindelijk geen boeterente berekend en de twee klanten hebben geen schade geleden.
Reijnen laat weten dat de AFM momenteel de naleving van de regels onderzoekt bij vijftien aanbieders.