Adviseur moet betalen voor fiscale fout; NN vergoedde al deel schade

Een financieel adviseur uit Varsseveld moet een klant een schadevergoeding van 6.000 euro betalen voor een fout hypotheekadvies in 2013. Nationale-Nederlanden schikte eerder al voor 7.500 euro in dezelfde kwestie.

Een stel wilde in 2013 zijn hypothecaire geldlening oversluiten en stapte daarvoor naar de Financiële Hoeve in het Achterhoekse Varsseveld. Na zijn advies en bemiddeling werd de lening overgesloten. In 2017 kwam aan het licht dat een fout is gemaakt door zowel adviseur als geldverstrekker. Schade volgens de klanten: een krappe 20 mille.

Beleggingshypotheek in 2013 omgezet

Aanvankelijk had het stel van het adviesbedrijf voor zijn woning een beleggingshypotheek bij WoonNexxt met daaraan gekoppeld een KEW-beleggingsverzekering. Eind 2013 werd een hypotheekofferte opgevraagd bij NN Bank voor een bankspaardeel van ruim 110.000 euro en een aflossingsvrij deel van 53.485 euro. Het voorstel was naar hun zin en de hypotheek werd overgesloten naar NN op 31 december 2013.

Verzoek om brief te ondertekenen

Begin 2017 kreeg het stel een verzoek van de adviseur om een brief van NN voor akkoord te ondertekenen. Het schrijven had betrekking op de wijziging van de geldlening met ingang van 31 januari 2017. Het bankspaardeel werd verlaagd naar 80.300 euro en het aflossingsvrije deel verhoogd naar 83.526. Om fiscale redenen bleek het niet mogelijk om de geldlening voor te zetten en een andere hypotheekvorm, een annuïteitenlening, was noodzakelijk. Reden: de inleg op de bankspaarrekening was hoger dan de premie van de beleggingsverzekering. Dat is fiscaal niet toegestaan.

Adviseur wordt aansprakelijk gesteld

De rechtsbijstandsverzekeraar die het stel had ingeschakeld, stelde de adviseur aansprakelijk voor de schade die uit het foute advies voortvloeide. Zowel de adviseur als NN had ten tijde van het advies in 2013 al moeten weten dat de constructie fiscaal niet deugde. Met NN werd een schikking getroffen; met de adviseur lukte dat niet, waarna het stel naar de geschillencommissie van Kifid stapte. De consumenten begrootten de totale schade op 19.205 euro over de hele looptijd van lening, waarvan NN 7.500 euro voor zijn rekening nam.

Geen discussie of adviseur fout heeft gemaakt

De adviseur gaf toe een fout te hebben gemaakt, maar vond niet dat hij voor het resterende schadebedrag van 11.705 euro moet opdraaien. De geschillencommissie bepaalde uiteindelijk dat dit bedrag gedeeld moest worden tussen consument en adviseur. De commissie stelt het door adviseur te vergoeden schadebedrag vast op 6.000 euro plus wettelijke rente.

Daadwerkelijke schade staat niet vast

De commissie heeft in haar oordeel laten meewegen dat adviseur van wie verwacht mag worden dat hij ter zake deskundig is ,een fout heeft gemaakt die bij de klant tot schade heeft geleid. Hij is hiervoor aansprakelijk. Echter had de schade beperkt kunnen worden wanneer de klanten al direct begin 2017 hadden gereclameerd en niet pas in het voorjaar van 2018. Daarmee is de adviseur de mogelijkheid ontnomen om de schade te beperken. Ook speelt een rol dat het uiteindelijke schadebedrag niet vaststaat, omdat het niet zeker is dat het stel de nieuwe geldlening in de huidige vorm tot het einde van de looptijd voortzet. Een voortijdige beëindiging kan betekenen dat uiteindelijke schade lager uitvalt. De uitspraak is bindend.

Onderwerpen beheren

Mijn artikeloverzicht kan alleen gebruikt worden als je bent ingelogd.