De consument in kwestie heeft in 1994 via BeneVia Heinenoord meerdere schadeverzekeringen afgesloten. De verzekeringen zijn nadien telkens verlengd. Eind 2014 deelt de consument mee dat hij alles opzegt. Hij is boos omdat hij die middag heeft gemerkt dat hij zijn autoverzekering veel goedkoper kan afsluiten en hij vindt dat zijn tussenpersoon hem dat ook wel wat eerder had kunnen melden. Hij zegt dat hij in 19 jaar nooit is gebeld om de verzekeringen even door te nemen.
Premie terug
De consument verlangt bij het Kifid de teveel betaalde premie over de autoverzekering in 2013 en 2014 terug. Volgens hem heeft de tussenpersoon zijn zorgplicht geschonden door na 1994 geen periodiek contact met hem op te nemen. BeneVia geeft als verweer aan dat de jaarlijkse provisie slechts enkele euro's per verzekering omvat. Ook zegt BeneVia dat er wel degelijk eerder contact is geweest. Zo is er in 2010 contact met de klant opgenomen maar die stelde toen, aldus Benevia, geen prijs op een persoonlijk gesprek. Dat is ook in een brief bevestigd.
Zorgplicht
De Geschillencommissie oordeelt dat een assurantietussenpersoon uit hoofde van zijn zorgplicht de verplichting heeft om periodiek aandacht te besteden aan de verzekeringen die hij in zijn portefeuille heeft en dat de omvang van die verplichting afhankelijk is van wat partijen daarover zijn overeengekomen en van de omstandigheden van het geval, zoals de aard van de verzekeringen en de omvang van de provisie die voor het beheer van de verzekeringen wordt ontvangen.
De commissie stelt: "In de onderhavige zaak brengen de eenvoudige aard van de verzekeringen en het verdienmodel waarbinnen het portefeuillebeheer geplaatst moet worden, mee dat de verplichting beperkt van omvang is." Volgens de geschillencommissie is BeneVia op dit punt niet tekortgeschoten. BeneVia heeft aangetoond dat de provisie gering was en dat er wel degelijk inspanningen zijn gedaan. "Daar komt bij dat de klant ook zelf het initiatief had kunnen nemen om tot een gesprek te komen", aldus de Geschillencommissie.