Een stel nam de adviseur in de arm toen het een nieuw huis wilde kopen. Ze hadden twee hypotheken bij ING Bank: een op de eigen woning en een op een verhuurde woning. Ze wilden de hypotheek op de eigen woning aflossen en de opbrengst van het woonhuis aanwenden voor aflossing van de overbruggingshypotheek die nodig was om de aankoop van hun nieuwe optrekje mogelijk te maken.
Hypotheekaanvraag complex
De adviseur stelde tijdens een oriënterend gesprek vast dat de hypotheekaanvraag complex zou worden. Het stel gaf aan dat te weten, kocht vervolgens de nieuwe woning en vroeg de adviseur om advies en bemiddeling bij het verkrijgen van een benodigde financiering. Ze meldden erbij geen problemen te verwachten gelet op de overwaarde van de tweede woning, die zij verhuren.
Verkoopopbrengst niet voor aflossing
Bij NN Bank werd vervolgens een offerte opgevraagd voor een overbruggingslening voor een periode van zes maanden. Het huis werd verkocht. Echter, kwam toen de aap uit de mouw: ING koppelde als voorwaarde aan royement van de hypotheek op het verkochte woonhuis dat de hypotheek op het verhuurde woonhuis ook wordt afgelost. Hiermee was het onmogelijk om de verkoopopbrengst van de eerste woning aan te wenden voor aflossing van het overbruggingskrediet.
Klagen bij Kifid
Het stel was niet blij met de gang van zaken en kwam er niet uit met de adviseur. Het klaagde vervolgens bij de geschillencommissie van Kifid over zowel de adviseur als ING en NN. De klachten tegen beide geldverstrekkers vonden geen gehoor bij de commissie. Wel vindt de commissie dat de adviseur steken heeft laten vallen.
Adviseur moet alles uitzoeken
“Het is aan de adviseur om uit te zoeken of beperkingen gelden vanwege bestaande hypothecaire geldleningen op de te verkopen woning”, aldus de commissie in haar bindende uitspraak. “Naar het oordeel van de commissie is de adviseur tekortgeschoten in de op hem rustende zorgverplichting door niet voldoende informatie in te winnen over de gevolgen van de aankoop van de nieuwe woning en de verkoop van de eigen woning voor de bestaande financiering en hypotheekrechten bij ING. Dit geldt temeer omdat de adviseur vanaf het oriëntatiegesprek bekend was met de complexe financiële situatie.”
Adviseur voert onvoldoende de regie
De commissie verwijt de adviseur onvoldoende de regie te hebben gevoerd in het adviestraject. Op dat terrein krijgen de klanten van de adviseur gelijk. Echter, is het resultaat dat er alleen 500 euro van de nota afgaat.